LESSENTABEL

Moderne talen

In deze studierichting krijg je een combinatie van een brede algemene vorming met een uitgebreid pakket aan talen. Je leert meer over het communiceren in het Engels, Frans en Nederlands. Daarnaast leer je ook een nieuwe taal, Duits, kennen.

Vakken 3de jaar 4de jaar
Aardrijkskunde 1 uur 1 uur
Geschiedenis 2 uur 2 uur
Godsdienst 2 uur 2 uur
Lichamelijke opvoeding 2 uur 2 uur
Beeld 1 uur
Informatica 1 uur
Nederlands 5 uur 4 uur
Frans 5 uur 5 uur
Engels 4 uur 4 uur
Duits 1 uur 3 uur
Wiskunde 4 uur 4 uur
Biologie 1 uur 1 uur
Chemie 1 uur 1 uur
Fysica 1 uur 1 uur
Communicatiewetenschappen en taaltechnologie 1 uur 2 uur

Wat mag je verwachten?

In deze studierichting krijg je een combinatie van een brede algemene vorming met een uitgebreid pakket aan talen. Je leert meer over het communiceren in het Engels, Frans en Nederlands. Daarnaast leer je ook een nieuwe taal Duits kennen.

  • Je bestudeert de relatie tussen taaluitingen en taalgebruikers (pragmatiek). Je leert hoe je je taal kan aanpassen aan de context, je spreekpartner en de situatie. Merk je bijvoorbeeld het verschil tussen: “Ik ben blij dat hij niet komt” en “Ik vind het jammer dat hij niet komt”?
  • Je bestudeert het verband tussen taal en een sociale groep (sociolinguïstiek). Je leert o.a. hoe het geslacht, de leeftijd of de sociale klasse de taal kan beïnvloeden. Bij welke personen is het gepast om “jij” , “gij” of “u” te gebruiken?
  • Je bestudeert de taal als systeem (taalbeschouwing). Je weet bv. wat een zelfstandig naamwoord is en weet welke functie dit in een zin kan hebben.
  • Je bestudeert verschillende vormen van mondelinge en schriftelijke teksten (literatuur), bv. (kort)verhalen, gedichten, strips, theater… in verschillende genres, bv. avontuur, horror, historisch, detective, romantisch, psychologisch…

Ten slotte leer je meer over het gebruik en de invloed van media in het vak communicatiewetenschappen. Je leert bv. hoe je nieuwsinformatie kritisch kan interpreteren uit een instagrampost.

Deze studierichting heeft een doorstroomfinaliteit. Dit wil zeggen dat je de leerstof theoretisch moet verwerken. Je werkt vooral met je brein, zodat je optimaal wordt voorbereid op verdere studies.

Welke kwaliteiten heb jij als je kiest voor Moderne talen?

  • Je toont inzicht in complexe leerinhouden.
  • Je legt verbanden tussen leerinhouden.
  • Je kan logisch redeneren.
  • Je kan je vlot schriftelijk én mondeling uitdrukken in verschillende talen (Engels, Frans, Nederlands).
  • Je begrijpt hoe een taal in elkaar zit.
  • Je kan je taal aanpassen in bepaalde situaties en contexten.
  • Je leest graag en veel, o.a. boeken, maar ook digitale lectuur.
  • Je bent nieuwsgierig naar andere culturen.
  • Je bent geïnteresseerd in hoe een taal de samenleving en cultuur kan beïnvloeden.
  • Je hebt interesse in moderne vreemde talen en in hoe je hierin kan communiceren.